De feestdagen! Stel jezelf twee vragen: Geniet ik? Wil ik dit echt?
Mijn visie op afvallen is gebaseerd vanuit respect voor jezelf. Kijken wat je echt nodig hebt en erop vertrouwen dat je dit goed zelf kan bepalen. Dat betekend o.a. goed leren luisteren naar je eigen lichaam en behoeftes.
Vaak ontstaat dan het misverstand, dat je altijd lief voor jezelf moet zijn. Je snoepbuien moet accepteren, moet wachten tot je echt begrijpt waarom je eet voordat je in actie komt. Maar zo soft is deze aanpak niet. Ik zal je het uitleggen.
Ten eerste heb je een verantwoordelijkheid. Naar jezelf en naar de mensen die van je houden. Je hebt het nodig dat je voor jezelf zorg. Je zorgt voor jezelf door voldoende rust te nemen, gezond te eten, regelmatig te bewegen en af en toe eens goed doorzakken. Als je met regelmaat jezelf verliest in snoepbuien waar je buikpijn van krijgt en je gewicht ziet oplopen tot een onacceptabel getal, grijp je natuurlijk in. Je gaat niet tegen jezelf zeggen dat het tijdens de feestdagen nog wel mag. Toch?
Ten tweede zijn er grenzen, die je trekt omdat er een belangrijke waarde of behoefte van jou in het geding komt. Je wilt niet met je gewicht in de drie getallen komen. Je wilt niet naar de grote maten winkel. Je wilt niet stiekem eten als niemand het ziet en je wilt niet dat je kinderen je worsteling met eten meekrijgen. Daarin ben je vaak duidelijk naar jezelf.
Deze grenzen vragen om handhaving. Soms wordt dat verward met streng lijnen. Jezelf afstraffen om dat stukje chocolade. Je mag niet meer snoepen. Je mag geen patat. Je mag geen glaasje wijn bij het kerstdiner. Je moet sterker zijn. Maar dat is het niet. Het is de verantwoordelijkheid oppakken, die je hebt tegenover jezelf. Je hebt dat nodig van jezelf.
Wat daarbij van belang is, dat je er zelf echt achter staat. Dus stel geen grens omdat je denkt dat het zo hoort (geen patat eten want dat is slecht, bijvoorbeeld). Of een halfzachte grens, iets wat je liever niet hebt, maar als puntje bij paaltje komt, blijkt het niet zo’n stevige grens (niks in huis halen, bijvoorbeeld). Je moet het als het ware in jezelf verankerd hebben.
Handhaven doe je dan door duidelijk maar rustig te blijven staan. Geef jezelf ruimte om de weerstand die het bij je oproept te voelen. Erken die ook. En bepaal dan wat je echt niet wil of juist wel. Grijp eventueel fysiek in. “Natuurlijk ben je boos op je zus. Maar daarom hoef je niet te gaan eten. Ga maar een blok om”. “Je favoriete serie kijken met een zak kerstkransje op de bank daar kan je jezelf op verheugen, maar het maakt teveel stuk. Helaas…..”.
Het is dus én én. En je erkent je eigen emotie en je blijft staan in wat je echt niet wilt. “Nee, het is niet eerlijk dat jij niet alles kan eten wat je wilt. En toch zul je nu iets anders moeten verzinnen. En je mag beste even boos zijn, dat snap ik wel.”
Stuur je gedachten naar een oplossing, dat kan erg helpen. Stel een hoe-vraag. “Hoe zou het wel kunnen” of “Hoe kun je ervoor zorgen dat … “. Bijvoorbeeld: Hoe kun je ook meedoen met de kerstborrel op je werk zonder dat het gelijk een caloriebom wordt”.
Zie het als iets dat je nog moeilijk vindt. Neem het niet te zwaar. Stop het etende kind en zeg bijvoorbeeld “Ik zie dat je even vergeten bent, dat je jezelf niet hoeft te troosten met eten.” Geef jezelf eventueel een keuze: “Wat wil je: even lekker in bad of dat leuke tijdschrift voor jezelf kopen?”.
Vindt je dit een interessant artikel met goede tips? Deel hem hieronder via de shareknop. Zodat meer mensen hiermee hun voordeel kunnen doen. Alvast bedankt.
No Comments